Een oranje zak van de Blokker danst in de wind. Het ampul van lachgas maakt een licht spektakel in de zon en de blauwe chips zak geeft geluid. Er ligt een papiertje naast de sigarettenpeuk het is een rijtje producten uit verschillende winkels een pyjama maar ook pannenkoekenmix. Een gestreepte rups beweegt zich op zijn manier over het lijstje.
Is het een verloren lijstje of is het gedaan of voelt het als rommel in de zak of te veel in de hand. De wind brengt het briefje naar een onbekend adres.
Onder de steiger bij het witte huis getuigen van schilderwerk, zoals op het bord staat, een schuurpapier een moer en een kapot plastic bekertje. In de net geverfde vensterbank had het bekertje misstaan.
De straatstenen is voor de somberen die niet de wereld in kijken maar houvast hebben aan de grond en daar hun schoonheid zoeken. Niet opkijken zodat de zon niet in hun ogen schijnt.
Als ik een weg over moet steken kijk ik even op, knijp mijn ogen dicht tegen het felle licht en zie de lantarenpaal.
In het gat van de paal zit een doorzichtig plastic gepropt. De kleuren van de olie in het plastic spiegelen in de ruit van de auto. Ik zie een vogel vliegen. Een vogel met een stukje papier in de snavel. Misschien om een nest te bouwen of het papiertje van boven naar beneden te laten vallen voor de schoonheid van dalend papier wat drijft op de wind.
Daar komen de mensen met oranje vesten aan. In de rechterhand de stokken met grijphand aan het eind. Een krakende grijze vuilniszak in de andere hand. Ze halen het schilderij leeg.
Als ik ze voorbij ben zie ik de mieren en pissebedden krioelen op de stenen zoekend naar een donkere plek. Alsof er net een steen is opgelicht
-
Recente berichten
Nieuws update ontvangen